Als je een website hebt wil je natuurlijk graag weten hoe goed ‘ie het doet. In Google Analytics kun je eenvoudig je websitestatistieken inzien en analyseren. Deze inzichten kun je dan weer inzetten als middel om te bepalen hoe je je website kan verbeteren om je bezoekers nog beter van dienst te kunnen zijn! Kortom: een must have voor elke website. Maar hoe zorg je ervoor dat je account volledig is ingericht? En hoe houd je je data zo zuiver mogelijk? In dit blog bespreken we 7 essentiële basisinstellingen, die jouw websitestatistieken nog waardevoller zullen maken.
Dit is het eerste blog in de Google Analytics-reeks, waarin we de basisinstellingen behandelen, zodat jij snel aan de slag kunt met je account. In het volgende blog gaan we dieper in op het analyseren van belangrijke statistieken, zodat je een beter inzicht krijgt in de prestaties van je website. Daarna volgt een blog waarin we je uitleggen hoe je deze inzichten precies kunt gebruiken om je website te verbeteren.
1. Maak een account aan
Heb je nog geen Google Analytics account? Deze kun je hier gratis aanmaken met je Google account. Dit gaat heel eenvoudig: volg de procedure op de website en binnen een paar klikken heb jij een Google Analytics account.
2. Extra weergaven maken
Het Google Analytics account is verdeeld in drie niveaus: account, property en weergave. Een account kan meerdere properties hebben, bijvoorbeeld als je zowel een Nederlandse als een Engelse website hebt. Deze kunnen dan apart getrackt worden. Per property kunnen er meerdere weergaven worden ingesteld. Een weergave is een manier waarop je je data ziet. Hier kun je filters instellen, zodat bepaalde gegevens juist wel of juist niet worden getoond. Het is belangrijk dat er altijd een basisweergave is zonder filters, zodat je altijd al je statistieken kunt terugzien. Want als je eenmaal een filter hebt aangemaakt, worden de uitgefilterde statistieken nergens opgeslagen. Wil je bijvoorbeeld een ‘schone’ weergave maken (hierover meer in stap 3 en 4) of wil je met filters gaan testen? Zorg dan altijd voor een extra weergave. Deze maak je hier aan: Beheerder > Weergaveniveau > Alle websitegegevens > Nieuwe weergave.
3. Eigen IP-adres uitsluiten
Google Analytics trackt natuurlijk ook je eigen bezoeken aan je website. Dit kan een vertekend beeld geven van je websitestatistieken. Om je data zuiver te houden, is het verstandig om je eigen IP-adres uit te sluiten. Google Analytics filtert dan eigen websitebezoeken uit de statistieken. In stap 2 hebben we uitgelegd hoe en waarom je een extra weergave aan moet maken, deze weergave gaan we nu gebruiken om de filter op toe te passen. Ga naar Beheerder > Weergaveniveau (kies de extra weergave die je net hebt gemaakt) > Filters, en vul bij filternaam ‘Eigen IP-adressen’ in. Bij filtertype kies je Uitsluiten verkeer van de IP-adressen die gelijk zijn aan… Nu kun je je IP-adres invoeren en klik je op opslaan. Weet je niet wat jouw IP-adres is? Check het hier. Als je ook vanuit huis werkt is het handig om ook dit IP-adres uit te sluiten.
4. Bots en spiders uitsluiten
Bots en spiders zijn programma’s die automatisch duizenden sites per dag bezoeken. Bij elk bezoek stuurt de bot een valse URL mee, zodat het net lijkt of de bot via die URL op je website is gekomen. Het doel is om jou naar deze website te lokken. Deze ‘websitebezoeker’ wil je natuurlijk niet tussen je andere statistieken hebben, daarom biedt Google de mogelijkheid deze vervelende bots en spiders uit te sluiten. Ga naar Beheerder > Weergaveniveau (kies de extra weergave die je hebt aangemaakt bij stap 2) > Instellingen weergeven en vink Alle hits van bekende bots en spiders uitsluiten aan.
5. Zorg dat de codes goed staan
Om te zorgen dat Google Analytics je website kan tracken, moeten er stukjes code geplaatst worden. Deze code kun je vinden bij Beheerder > Propertyniveau > Trackinginfo > Trackingcode. Als je een WordPress website hebt, is het plaatsen van deze code in een mum van tijd gebeurd. Hier zijn namelijk plug-ins voor die je gratis kan installeren. Draait jouw website niet op WordPress? Dan kan het zijn dat je de trackingcode in de broncode van al je pagina’s moet zetten. Als je hier niet handig mee bent, is het verstandig dit door iemand te laten doen die dat wel is. Het is zonde hier veel tijd aan te besteden, terwijl iemand anders dit binnen een paar minuten voor je kan doen.
6. Adwords koppelen
Heb jij een Adwords account? Dan is het essentieel deze te koppelen aan je property in Google Analytics. Je kunt in Adwords al veel statistieken zien van je advertenties, maar in Analytics kun je veel dieper gaan: wat deed de bezoeker na de klik? Hoe lang is de bezoeker op de pagina geweest? Hoeveel pagina’s heeft hij bezocht? Analytics geeft antwoord op deze vragen. Het koppelen van de twee accounts is niet moeilijk. Zorg dat je bent ingelogd op Google Analytics en Google AdWords met hetzelfde account, ga dan naar Beheerder > Propertyniveau > Adwords-links. Klik op Nieuwe gekoppelde groep en selecteer het Adwords account dat je wilt linken. Je kunt nu ook aanvinken in welke weergaven je Adwords mee wilt nemen. Klik nu op Accounts linken.
7. Conversiedoelen instellen
Misschien wel het belangrijkste wat je in Google Analytics kunt tracken: conversies. Voor elke website of webshop zijn conversies anders. Deze conversies, ook wel doelen genoemd, kunnen worden ingesteld op beheerdersniveau (Beheerder > Weergaveniveau > Doelen > Nieuw doel). Wanneer je op Aangepast klikt, zie je dat Google Analytics vier mogelijkheden biedt om een doel te meten:
- Bestemming: er vindt een conversie plaats wanneer een bezoeker op een bepaalde URL komt.
- Duur: er vindt een conversie plaats wanneer een bezoeker een bepaald aantal seconden/minuten op de website blijft.
- Pagina/schermen per sessie: er vindt een conversie plaats wanneer een bezoeker een x aantal pagina’s tijdens 1 bezoek heeft bekeken.
- Gebeurtenis: er vindt een conversieplaats als er een vooraf ingestelde gebeurtenis heeft plaatsgevonden, bijvoorbeeld het bekijken van een video of het downloaden van een pdf.
Wil jij bijvoorbeeld graag meten hoeveel bezoekers langer dan drie minuten op je website zijn gebleven? Kies bij Doelconfiguratie voor Aangepast, vervolgens bij Doelbeschrijving kun je je doel een naam geven, bijvoorbeeld ‘> 3 min. op site’. Kies doeltype Duur en ga vervolgens naar Doeldetails om je doel in te voeren. Je kunt je doel hier eventueel ook een geldwaarde toekennen. Als je op Dit doel verifiëren klikt, kun je bekijken hoe vaak dit doel een conversie zou hebben gegenereerd op basis van je gegevens van de afgelopen zeven dagen.
Dit stappenplan helpt je een heel eind op weg bij het instellen van jouw Google Analytics account. Kom je er niet helemaal uit of heb je vragen? Neem vrijblijvend contact met ons op. Wij helpen je graag verder!